Kinderen met ADHD ervaren problemen bij het concentreren, het vasthouden van aandacht en of  het beheersen van gedrag. Soms zijn kinderen hyperactief.  Wat leven met ADHD soms nog moeilijker maakt is de hoeveelheid verkeerde informatie en negatieve stereotypen over de diagnose. ADHD’ers worden vaak omschreven als over-gediagnosticeerd, ongedisciplineerd, of gewoon lui. Onzin. Enkele feiten, fabels en andere onzin over ADHD .

1. ADHD is een stoornis

ADHD wordt door psychologen een ‘stoornis’ genoemd.  Een vervelend woord, omdat het suggereert dat een kind ‘gestoord is’, niet helemaal goed.  Dit is echter niet wat psychologen bedoelen met ‘stoornis’. Met dat woord geven ze aan dat kinderen met ADHD anders zijn dan anderen. Niet beter of slechter, niet meer of minder, maar anders. En dat anders-zijn levert vaak problemen op.

2. ADHD zit ‘tussen je oren’

Op een bepaalde manier, zit ADHD inderdaad ‘tussen je oren’ of beter gezegd in de hersenen. Onderzoek heeft aangetoond dat bepaalde gebieden van de hersenen niet goed gesynchroniseerd zijn bij kinderen met ADHD. De opbouw van het brein is anders dan mensen die het niet hebben. Hoewel veel mensen geloven dat ADHD iets is dat kinderen of ouders gebruiken als een excuus is dit ADHD aantoonbaar.

3. Alleen kinderen hebben ADHD

De aandoening komt vaker voor bij kinderen en tieners maar veel volwassenen hebben het ook. Echte onzin over ADHD dus!  Je hebt meer kans als een kind te worden gediagnosticeerd, maar veel volwassenen worden in de leeftijd van 30 of zelfs ouder gediagnosticeerd. Als kind ondervindt je vaak meer last van ADHD. Naar mate kinderen ouder worden, kunnen ze er beter mee overweg of het inzetten als hun kracht.

4. ADHD ‘ers zijn lui en niet slim.

Een van de misvattingen over ADHD  is dat kinderen lui en dom zouden zijn. Luiheid impliceert dat iemand iets kon doen,  maar er geen energie in wil steken. Kinderen met ADHD zijn juist het tegenovergestelde van lui.  Een diagnose heeft verder niets te maken met het verstandelijke vermogen. Door concentratie problemen, lopen ze niet altijd voorop qua ontwikkeling op school. Mensen met ADHD zijn zeer slim en creatief. Ze werken alleen anders dan anderen.

5. Moeite om zich te concentreren betekent dat je ADHD hebt.

Als je problemen hebt met concentratie, heb je niet automatisch ADHD. Iedereen heeft in meer of mindere mate wel eens last van concentratieproblemen. Er zijn een aantal factoren die daar aan bij kunnen dragen – zoals stress, angst, depressie, gebrek aan slaap of gebrek aan lichamelijke activiteiten.
Een kind moet zes of meer symptomen van onoplettendheid vertonen, wil er een diagnose ADHD gesteld kunnen worden. Hierbij moet je denken aan,  geen aandacht voor details, aandachtsproblemen op school, niet luisteren als je direct wordt aangesproken of het geregeld verstoren van bezigheden van anderen.

9 tips voor ouders van een kind met een prachtig ADHD brein

6. ADHD kan worden genezen met goede ouderwetse discipline.

Het idee dat ADHD wordt veroorzaakt door slecht ouderschap is een fabel. Discipline kan helpen voor diegene die zich wel kunnen concentreren, maar het is zeker niet het antwoord voor ADHD. Ouders die proberen om de discipline te versterken, zonder het probleem van hun kind goed te begrijpen, kunnen de situatie nog erger te maken. Kinderen met ADHD hebben de neiging om zeer emotioneel en gevoelig te reageren op spanningen.

7. Als je ADHD hebt, heb je medicatie nodig

Kinderen met ADHD krijgen vaak medicatie voorgeschreven. Het gaat hierbij om stimulerende middelen, als Concerta of Ritalin.  Maar behandeling is meer dan een pilletje. Meestal is een combinatie met gedragstherapie de meest effectieve manier voor de behandeling van ADHD.

8. ADHD is een modeverschijnsel

Heel wat mensen vinden ADHD een modeverschijnsel. Dit wat we willen adresseren als onzin over ADHD. Omdat er zoveel aandacht voor is, beweren ze, wordt het etiket ‘ADHD’ veel te vaak gebruikt. Wie vroeger ‘druk’ of ‘lastig’ werd genoemd, krijgt nu de diagnose ADHD. Wie vroeger van het type ‘twaalf ambachten, dertien ongelukken’ was, heeft tegenwoordig ADHD. Met andere woorden: ADHD zou volgens deze mensen overdreven worden, niet meer dan een modegril zijn, iets dat wel weer overwaait.

De diagnose ADHD wordt tegenwoordig inderdaad vaker gesteld dan vijftien, twintig jaar geleden. Maar wil dat zeggen dat de diagnose onzin is? Absoluut niet. De diagnose ADHD moet aan strenge voorwaarden voldoen. Psychiaters, psychologen en kinderartsen gaan daar serieus mee om. Het is onzinnig om te beweren dat u wordt bestempeld als iemand met ADHD louter omdat u druk en impulsief bent.

Dat de diagnose vaker wordt gesteld komt omdat er tegenwoordig een diagnose is. Wat vroeger niet – of heel vaag – werd beschreven, kan nu duidelijk en helder onder woorden worden gebracht. Dat maakt ADHD niet tot een modeverschijnsel, maar tot een aandoening waar kinderen en volwassenen met ADHD, ouder(s) en partners, en leerkrachten en ook (kinder)artsen en psychologen eindelijk een beetje greep op beginnen te krijgen.

9. Alleen jongens hebben ADHD.

Het kan zeker lijken dat jongens eerder hyperactief en makkelijker afgeleid zijn dan meisjes. Uit een enquête bleek dat 82 procent van de leraren geloofden dat ADHD vaker voorkomt bij jongens dan bij meisjes, en dat het moeilijk was om de symptomen bij meisjes te herkennen. Maar ADHD wordt zowel bij jongens als meisjes gediagnosticeerd, hoewel het aandeel hoger is bij jongens (13,2 procent) in vergelijking met meisjes (5,6 procent). ADHD bij meisjes wordt wel vaak minder goed herkent.

10. Onzin over ADHD en criminele aanleg

Een ander misverstand is dat mensen met ADHD een ‘criminele aanleg’ hebben. Dat is onzin. Mensen met ADHD hebben vaak problemen met hun gedrag, ze kunnen agressief zijn, irritant, maar dat maakt ze niet tot criminelen. Het misverstand is misschien ontstaan omdat blijkt dat relatief veel veroordeelde jongeren ADHD hebben. Er is dus wel een verband tussen ADHD en crimineel gedrag. Dat is echter geen direct verband: er zitten stappen tussen.
Een voorbeeld hiervan is dat mensen met ADHD relatief vaak drank en drugs gebruiken. Dat leidt ook vaker dan bij anderen tot een verslaving. Een verslaving kan vervolgens leiden tot geldnood en ten slotte tot diefstal en ander crimineel gedrag. (Let wel, dit is een voorbeeld: zo gaat het lang niet altijd!)
Er is dus een verband tussen ADHD en crimineel gedrag, maar dat is geen rechtstreeks verband. Van een criminele aanleg is bij mensen met ADHD is geen sprake.

11. Als je ADHD hebt, dan ben je hyperactief.

Het is niet zo dat je hyperactief gedrag moet vertonen om te worden gediagnosticeerd. Dit kan ook als je alleen concentratieproblemen hebt. En niet alle mensen met veel energie en die over-actief zijn hebben ADHD.

Bron: dokter bosman en adhdblog