Verhalen verzinnen die totaal niet waar zijn of niet kloppen: alle kinderen liegen wel eens. En daar is op zich niets mis mee.  Voor jonge kinderen lopen fantasie en werkelijkheid nog erg door elkaar. Dit hoort bij de  ontwikkeling van een kind en heeft niets te maken met liegen. Voor kinderen met een sterke verbeeldingskracht kan het langer duren voordat ze fantasie en werkelijkheid goed kunnen onderscheiden.

Er zijn natuurlijk situaties waarin kinderen bewust  iets zeggen wat niet waar is. Ze liegen in deze gevallen om zichzelf te beschermen tegen kritiek of straf.  Ze willen dit voorkomen en denken dat een leugen dingen makkelijker maakt voor zichzelf en hun omgeving.

Vaak heeft liegen te maken met een laag zelfbeeld en wil degene die liegt zich beter voordoen. Boos worden om een leugen of straf geven, versterkt hun angst voor afwijzing en versterkt juist de behoefte om te liegen. Zonder veroordeling, duidelijk zijn over de feiten en op ondersteunende manier zoeken naar oplossingen werkt beter.

Benadering

Als je merkt dat een kind liegt of vermoed dat hij dat gaat doen, probeer dit dan te voorkomen.
Stop met vragen te stellen die gericht zijn op ‘betrappen’. Vraag niet “Heb je je kamer al opgeruimd?” als je al weet dat je kind dat nog niet heeft gedaan. Of  “Heb je nog huiswerk deze week” als je op de app of mail al lang hebt gezien dat dat zo is.

Wees in plaats daarvan eerlijk en duidelijk over wat je weet. “Ik zie dat je je kamer nog niet hebt opgeruimd. Wanneer ga je dat doen?” Of je hebt deze week nog een topografie toets. Wat is je plan?”

Fantasie verhaal

Als je een fantasieverhaal niet gelooft, reageer dan vriendelijk : “dat klinkt als een mooi verhaal”. Behandel het als een fantasie, waardeer de creativiteit en nodig eventueel uit om verder te fantaseren.

Help

Als je denkt dat je kind liegt, probeer dat te helpen door een uitweg te bieden. “dat klinkt niet echt als de waarheid”. Soms durven kinderen de waarheid niet te vertellen omdat ze bang zijn dat anderen boos worden.
Je kunt ook de leugen negeren en een kind helpen de werkelijkheid te onderzoeken. Stel vragen over wat er is gebeurt. Wees hierin oprecht, zodat het niet over komt alsof je hem wilt betrappen.

Wat wel doen als liegen kinderen

Ouders die veel bekritiseren, veroordelen en straffen hebben een grotere kans dat hun kind liegt om onder kritiek of consequenties uit te komen. Wanneer je dit herkent werk dan aan een andere manier van opvoeden zonder straffen en belonen en zonder veroordeling of terechtwijzing. Wees ondersteunend. Laat een kind merken dat je onvoorwaardelijk van hem houdt, wat er ook gebeurt!  Kinderen kunnen liegen omdat ze bang zijn dat ouders teleurgesteld in hen zijn als ze de waarheid weten.

Benader fouten als kansen om van te leren, zodat kinderen hun fouten niet hoeven te verdoezelen. Door ondersteunend te reageren leer je een kind dat het veilig is om de waarheid te vertellen.

Geef het goede voorbeeld .
Veel volwassenen liegen zelf ook: over  Sinterklaas, over dat ze de jas van een vriendin heel mooi vinden terwijl dat niet zo is, over dat hun kind pas 4 jaar oud is en dus gratis naar binnen mag terwijl het kind al 5 is.  “Leugentjes om best wil” en om anderen niet voor het hoofd te stoten komen veel voor.

Een leugen wil nog niet zeggen dat je kind voor galg en rad opgroeit. Bestempel een kind niet als leugenaar, maar zie hem gewoon als iemand die een leugen heeft verteld en help hem de volgende keer eerlijk te zijn.