Als een kind minder goede resultaten haalt op school, is dit op zich helemaal niet erg. Er kunnen echter verschillende oorzaken zijn waarom een kind minder presteert. Het kan natuurlijk zo zijn dat je een kind toch wat overschat. Of dat een leerprobleem er voor zorgt dat hij meer moeite heeft met de te leren stof. Een andere mogelijkheid is onderpresteren!
Nu wil elke ouder natuurlijk graag geloven dat als zijn kind minder goede resultaten haalt dat er sprake is van onderpresteren. Onze eigen kinderen vinden we over het algemeen toch vaak heel pienter en creatief. Wanneer is er sprake van onderpresteren en wat kun je hier aandoen?
Soorten onderpresteerders
Er kan onderscheid worden gemaakt in twee soorten van onderpresteren:
- Relatief onderpresteren
Een kind doet het minder goed dan van hem zou mogen worden verwacht, gezien zijn capaciteit. Hij valt niet zo erg op, omdat hij gemiddeld presteert ten opzicht van klasgenoten. - Absoluut onderpresteren
Een kind doet het minder dan “normaal” is voor zijn leeftijd. Dit zie je vaak bij kinderen die het om de één of andere reden opgeven of de motivatie niet (meer) hebben om te laten zien wat ze kunnen.
Het is goed om je te realiseren dat onderpresteren géén privilege is van hoogbegaafden, elk kind kan onderpresteren.
Waarom presteert een kind minder dan hij werkelijk kan?
Onderpresteren is een probleem dat je niet even makkelijk en snel kunt oplossen. Onderpresteren begint vaak al op jonge leeftijd. Zo zijn hoogbegaafden vaak gewend om zich aan te passen aan hun omgeving. Dit kan een patroon worden wat je niet gemakkelijk doorbreekt.
Verschillende oorzaken waarom kinderen gaan onderpresteren zijn:
- Aanpassingsgedrag, als een kind niet wil opvallen tussen zijn klasgenoten, dan kan onderpresteren als verdedigingsmechanisme ingezet worden. Dit doet hij om geen uitzondering te zijn en geaccepteerd te worden door de groep.
- Gebrek aan faalervaringen, hierdoor ontwikkelt een kind geen doorzettingsvermogen of raakt in paniek als iets niet in één keer goed gaat.
- Gebrek aan uitdaging, bijvoorbeeld als een kind lange tijd onder zijn niveau werkt. Hij raakt hierdoor verveeld.
- Gebrek aan motivatie, bijvoorbeeld als gevolg van te weinig uitdaging in de opdrachten
Gevolgen van onderpresteren
Vaak krijgen onderpresteerders een verkeerd of negatief zelfbeeld. Een kind ervaart dat het niet aan de verwachtingen voldoet. Hij voelt zich een kneus of mislukkeling, omdat hij anderen teleurstelt. Als het zelfbeeld niet verbetert kan een kind depressief, angstig of faalangstig worden.
Wat te doen bij een vermoeden van onderpresteren.
De basis voor de oplossing is een goede relatie tussen ouder, kind en leerkracht. Zorg ervoor dat een kind zich gewaardeerd voelt, voelt dat hij er mag zijn en dat hij er toe doet. Zowel thuis als op school.
- Leg uit waarom hij iets moeten leren;
- Bied een kind verrijkingsstof aan. Dit kan een vreemde taal zijn. Een kind moet (weer) leren leren;
- Leer een kind denken, bijvoorbeeld door iets van denksport of programmeer les;
- Leer een kind fouten te durven maken;
- Geef positieve feedback.