De biologische oorzaak van ADHD ligt waarschijnlijk bij problemen met communicatie tussen hersengebieden. Signalen tussen hersencellen worden doorgegeven door chemische boodschappers. Ook wel neurotransmitters genoemd. Dit  stofje zorgt ervoor dat wanneer er iets gebeurt, we eerst gaan nadenken wat we moeten doen. Het stofje helpt ons om goede keuzes te maken.  Wanneer je te weinig hebt van dit stofje, heb je ADHD

Wat gebeurt er dan? Je doet eerst iets en daarna denk je pas na. Mensen zonder ADHD doen dit andersom. Daardoor maken zij minder foutjes of ongelukjes. Je bent ongeremd. Hierdoor hoor je en zie je alles wat er in je omgeving gebeurt.

je bent bijvoorbeeld een tekening aan het maken. Tijdens het tekenen doe je allerlei andere activiteiten:  tussendoor heb je iemand gezien die zijn pen opgeraapt welke is gevallen, hoor je buiten lawaai, zie je dat een ander kind verdrietig is, reageer je op grapjes van anderen enz. Je wordt dus steeds afgeleid terwijl je met iets bezig bent. Kinderen zonder ADHD horen al deze dingen ook, maar reageren hier veel minder op.

Waar heb je last van als je ADHD hebt? 

Als je veel dingen hoort en ziet wil je ook weten wat het is. Dan moet je dus bewegen om alles in de gaten te houden. Wat je ziet en/of hoort, onthoudt jou hoofd. Je hoofd wil ook nadenken over wat je gezien of gehoord hebt. Wanneer je dus veel ziet en hoort, is het bij jou weleens te druk in je hoofd.

Als je bewegelijk bent, maak je wel eens onbedoeld ongelukjes: je stoot een beker om bijvoorbeeld, of je valt van je stoel. Andere mensen die geen ADHD hebben kunnen zich afsluiten voor andere geluiden wanneer zij aan een werkje werken. Voor jou is dit moeilijk. Mensen zonder ADHD bewegen dus minder en vinden jou soms te druk. En weet je wat nu zo leuk is?  Jijzelf hebt hier helemaal geen problemen mee.

Concentratie

Het is voor jou moeilijk om langer te werken aan één opdracht. Vooral als het iets is wat je niet snapt.  Dan gaat je aandacht al snel naar iets wat veel leuker of gemakkelijker is. Hierdoor kan het zijn dat je werkjes niet af krijgt en de stof ook niet leert begrijpen. Dan kan het zijn dat je steeds verder gaat achterlopen terwijl je eigenlijk net zo slim bent als de ander.

Soms vind je het moeilijk om netjes te schrijven. Vooral als je veel drukte voelt in je hoofd.
Zo kan het ook zijn met lezen. Er zijn zoveel letters, en geen plaatjes soms dat je jezelf niet de tijd gunt om het goed te lezen. Soms ga je het verhaaltje leuker maken, door er zelf iets  er omheen te verzinnen.

De juf verteld een lang verhaal. Zo lang luisteren zonder iets anders te doen? Pfft, nee daar is niks aan. Je gaat daarom andere dingen zoeken die leuker zijn.

Impulsief

Tijdens het spelen kan het zijn dat andere kinderen jou niet begrijpen. Ze vinden je te druk, ze vinden dat jij je bemoeit met dingen waar jij eigenlijk niets mee te maken hebt. Jij vindt dit heel raar. Wanneer iemand in de problemen zit ga jij helpen. Je wacht niet af. Je laat nooit iemand aan zijn lot over. Kinderen zonder ADHD  wachten af. Zij kijken eerst om zich heen of anderen wel zouden helpen. Als die niks doen? doen zij ook niks. Een soort van “kuddegedrag”.  Zij vinden het knap dat jij wel direct iemand helpt. Zij schamen zich dat zij dit niet kunnen, maar durven dit vaak niet toe te geven. Ze gaan je dan uitdagen of zij geven jou negatieve kritiek op iets wat je juist heel goed hebt gedaan.

Thuis valt het je  op dat je vader of moeder je vaak zegt wat je wel en niet moet doen. Bijvoorbeeld: kleed je eerst eens aan voordat je naar beneden komt, hang je jas eens op? , Ben je nu nog niet in de douche geweest? Schiet eens op je moet over vijf minuten naar school. Dat komt omdat je vaak niet één ding tegelijk doet en niet kan kiezen wat kan wachten of wat echt noodzakelijk is.

Het is niet leuk als er vaak op je gemopperd wordt. En verdrietig wanneer je het heel anders bedoeld dan je ouders of leerkracht zeggen! Grote mensen vinden vaak dat jij iets moet doen omdat het zo hoort. Jij doet het misschien op jou manier maar dat vinden de mensen zonder ADHD raar. Jij moet je dus heel vaak aanpassen aan de mensen die geen ADHD hebben.

Je bent vaak je spulletjes kwijt terwijl je ervan overtuigt bent, dat jij je fietssleutel toch echt in het bakje hebt gelegd.
Het is niet leuk als andere laten voelen dat je anders bent terwijl jij je heel normaal voelt.

Je bent vaak druk in het hoofd. Je vraagt je af waarom doet die zo, of waarom huilt het kind, waarom was mama boos op mij? Je kan makkelijk piekeren over dingen die je gezien of meegemaakt hebt. Dit piekeren gebeurt gewoon tijdens de les, of wanneer je in je bed ligt. Kinderen zonder ADHD hebben hier veel minder last van.

Slapen

Sommige kinderen, met AD(H)D, kunnen moeilijk inslapen. Het kan liggen aan een stofje in ons lichaam die wordt aangemaakt als wij gaan slapen. Dat stofje heet Melatonine. Sommige kinderen met AD(H)D hebben een tekort van dit stofje. Wat gebeurt er dan? Bijvoorbeeld: Je moet van je ouders naar bed, maar je kan de slaap niet vatten, je voelt de slaap niet. Je gaat dus iets anders doen: je ligt naar het plafond te staren of je gaat spelen in je bed omdat jij je toch maar ligt te vervelen.

Is ADHD alleen maar lastig? 

Welnee! Jij weet wel beter!!
Als je ADHD hebt ben je juist in bepaalde dingen veel beter!

  • Je overziet dingen sneller.
  • Je bent soms de snelste van de klas.
  • Je kan goed inschatten of iemand verdriet heeft, of zich niet lekker voelt.
  • Je kan heel goed voor de ander zorgen. (daarvoor heb je veel geduld).
  • De manier van omgaan met mensen komt recht uit je hart. Je ziet echt waar ze behoefte aan hebben.Terwijl mensen zonder ADHD vaak doen zoals ze denken dat het hoort, zonder rekening te houden met de ander.
  • Je bent goed in teamsport zoals voetbal of hockey . Veel kinderen met ADHD zijn keeper omdat zij verhoogde reflexen hebben en omdat mensen met AD(H)D ook kijken met hun gezichtsveld: Je reageert sneller en je ziet dingen sneller in je ooghoek dan iemand zonder AD(H)D.
  • Het is heel fijn om bij jou te zijn omdat je fijn jezelf mag zijn.
  • Jij laat andere lachen.
  • Jou enthousiasme geeft de ander energie.
  • Je bent eerlijk, ( soms zo eerlijk dat de ander zonder ADHD er van schrikt! En wordt soms boos ! tja en dat is weer zoo oneerlijk!! )
  • Waar de ander het niet meer weet, weet jij soms nog wel een manier te bedenken dat het toch nog kan worden opgelost.
  • Je hebt aandacht voor detail: dat wil zeggen: wanneer mama nieuwe oorbellen heeft, zie je dat meteen. Of wanneer iemand lang verdrietig is geweest valt het jou op wanneer die persoon weer lacht.
  • Jij wilt graag dat iedereen het goed maakt en dat is een prachtige eigenschap.
  • Je kan soms dingen echt goed : bijvoorbeeld tekenen, zomaar uit je zelf terwijl iemand zonder ADHD daar les voor moet volgen. Zo zijn er ook veel kinderen met ADHD die zomaar liedjes op een instrument kunnen spelen zonder ooit les te hebben gehad.
  • Je kunt genieten van kleine dingen: er is hier een spreekwoord van: “Geniet van kleine dingen en je zult gelukkig zijn!!”
  • Kinderen met ADHD zullen zelden andere kinderen opzettelijk pijn doen of pesten. Je broertje of zusje uitdagen is wat anders. Kinderen zonder ADHD pesten veel vaker andere kinderen dan kinderen Met ADHD.
  • Bijna alle kinderen met ADHD kunnen het gevoel van de ander goed begrijpen en houden hier ook rekening mee. Kinderen zonder ADHD kunnen dit minder goed en houden niet altijd rekening met andermans gevoel, dus ook niet met dat van jou.
  • Een kind dat een ander kind niet goed begrijpt, kan zich onzeker gaan voelen. Om die onzekerheid weg te halen, kan het kind de ander gaan uitdagen. Door het uitdagen leert het kind het andere kind beter begrijpen. Kinderen met ADHD zien het uitdagen niet als een leerspel, maar hebben het gevoel dat ze gepest worden. Dit kan één van de oorzaken zijn, dat je heel boos kunt worden wanneer je wordt uitgedaagd.
  • Wanneer je wordt uitgedaagd, en je vindt dit niet leuk? Dan kun je het uitdagen stoppen door gewoon antwoord te geven. Bijvoorbeeld: hé durf jij over die sloot te springen? “ja hoor, dat durf ik wel, maar daar heb ik nu geen zin in”. Of: iemand zegt: “wat schrijf jij slordig! “ Och” zeg je dan, “als ik het maar kan lezen”. Ben eerlijk en zeg wat je vindt. Doe de ander niet na: “nee jou handschrift ziet er nog lelijker uit! Je geeft dan geen antwoord maar je doet  de ander na. Je was namelijk helemaal niet van plan om iets over het handschrift van de ander te zeggen.
  • Omdat je hoog gevoelig bent kan het zijn dat je liever met jongere of met oudere kinderen speelt of omgaat. Je bent dus op sociaal gebied een beetje slimmer. Het is belangrijk dat je dit weet. Voel je nooit minder als de ander want jij  hebt juist iets extra’s wat kinderen zonder ADHD niet hebben

bron: adhdpraktijkgoirle.nl