Er is al veel gezegd en geschreven over dat straffen niet helpt om kinderen beter te leren luisteren. Het werkt ook bij volwassen niet. Na een bekeuring rijdt menig één nog wel eens te hard. Een alternatief voor straffen is belonen. Het klinkt best logisch en positief, goed gedrag belonen. Toch werkt dit ook niet! Belonen en straffen zijn allebei een middel om een kind iets te laten doen wat jij wilt. En dat op een manier die niets toevoegt aan jullie relatie behalve een machtsverschil.
Een kind leert weinig van straffen of belonen, behalve angst voor straf of dat je te koop bent als je doet wat een ander wil. Je leert een kind niet beter kennen en bouwt niet vanuit een gelijkwaardig contact een relatie op. De amerikaan Alfie Kohn schreef hier veel boeken over. Ouders houden onvoorwaardelijk van hun kind, maar onvoorwaardelijk opvoeden is andere verhaal.
Goed gedrag belonen of straffen wat leer een kind hiervan?
Wat leert een kind van bijvoorbeeld een time-out. ‘Ga maar even nadenken op de gang’. Volgens Kohn zit een kind op de gang niet te denken aan het leed dat hij bijvoorbeeld zijn zusje heeft aangedaan. Hij is vooral boos op zijn ouders en zijn zus. Een kind focust op het leed dat hém is aangedaan, terwijl je juist wilt dat een kind leert rekening houden met het leed wat hij een ander aandoet.
Wil je dat een kind zich aan de regels houdt en gewoon doet wat je zegt, zodat hij gezag leert accepteren? Of wil je dat een kind leert nadenken over het effect van zijn gedrag en daarvoor zijn verantwoordelijkheid neemt?
Straffen en beloningen zorgen ervoor dat een kind minder vanuit zichzelf gemotiveerd zal zijn. Straf en beloning worden extrinsieke motivatie genoemd. Motivatie die van buitenaf komt. En daarvan weet men door onderzoek dat het de intrinsieke motivatie – de motivatie die een kind van binnenuit voelt – vermindert. Geef je bijvoorbeeld een compliment aan een kind voor het delen van zijn speelgoed, dan blijkt uit onderzoek dat een kind daarna juist minder geneigd is om nog te delen. Vergelijk het met autorijden. Wil je dat mensen niet te hard rijden omdat ze bang zijn voor een boete? Of wil je dat mensen sociaal en net rijgedrag laten zien, omdat het dan veiliger is op de weg en er minder ongelukken gebeuren?
Hoe dan wel?
‘Maar wat dan wel?’ vragen veel ouders zich af als zij voor het eerst horen over onvoorwaardelijk opvoeden. Jarenlang is ons verteld dat dit soort technieken werken en het voelt een beetje alsof er iets uit onze gereedschapskist wordt weggenomen. Het idee achter onvoorwaardelijk ouderschap is dat je kijkt naar je lange termijn doelen. Hoe wil je dat een kind zich over vijf jaar tot jou verhoudt? Of wat voor mens is hij op zijn achttiende? Wanneer we straffen of belonen zijn we alleen bezig met de korte termijn. Ik wil dat je nu doet wat ik zeg!. Dit kan haaks staan op je wens om een goede relatie met een kind op te bouwen, op basis van vertrouwen, wederzijds respect, openheid, samenwerking.
Probeer zaken vanuit het perspectief van een kind te zien. Dan snap je vaak beter waarom hij doet wat hij doet en kun je hier op inspelen.
Met negatief gedrag vraagt kind vaak om aandacht, om contact en verbinding. Zorg gedurende de dag voor voldoende echt contact. Van daaruit kun je corrigeren of een oplossing zoeken.
Corrigeer op een constructieve manier. Blijf of wordt rustig, maak oogcontact en geeft aan welk gedrag moet stoppen, wat het gewenste gedrag is en leg uit waarom het gedrag niet handig is of ander gedrag minder prettig. Geef een alternatief of een keuze van dingen die wel mogen. Laat indien mogelijk een kind meedenken over een oplossing
Logische consequenties zijn gericht op hoe een kind ervoor kan zorgen dat iets verbetert en hebben een leereffect. Ze staan in verband met wat er gebeurd is. Treuzelen een kind met uitkleden of aankleden. De tijd voor verhaaltjes of om te spelen wordt korter.
Het mooie van onvoorwaardelijk opvoeden is dat de manier waarop je het doet, minder van belang is dan de gedachte erachter. Voelt iedereen zich veilig, gezien en gehoord? Is de sfeer in huis goed, lossen jullie problemen in overleg en met respect op? Mogen de kinderen zichzelf zijn, binnen redelijke grenzen natuurlijk, in een liefdevolle omgeving? Dan zit je waarschijnlijk op het goede spoor. Wil je toch meer handvatten?
Lees dan meer over onvoorwaardelijk opvoeden.