Hoe vergroot je de weerbaarheid van kinderen?

Hoe vergroot je de weerbaarheid van kinderen?

Van zelfvertrouwen wordt je kind weerbaar(der). Kinderen die weerbaar zijn, kunnen hun grenzen goed aangeven. Ze durven voor zichzelf op te komen maar ook steun te zoeken. Daarvoor moet een kind zichzelf belangrijk en goed genoeg vinden.
Men spreekt van weerbaarheid wanneer een kind op een passende manier voor zichzelf op durft te komen, zonder daarbij anderen te schaden of respectloos te behandelen. Een kind dat weerbaar is kan zijn eigen grenzen bewaken. Durft zijn mening te geven, maar durft ook om hulp te vragen. Ze kunnen omgaan met kleine tegenslagen.

Zelfvertrouwen

Het meest belangrijk voor de weerbaarheid van een kind is zelfvertrouwen. Een kind dat weerbaar is heeft een goed gevoel van eigenwaarde en is zich bewust van zijn of haar eigen gevoelens en die van anderen. Er is dan ook een wisselwerking tussen weerbaarheid en zelfvertrouwen.
Als een kind moeite heeft met taal, lezen of rekenen kan dit het zelfvertrouwen aantasten, hetgeen weer gevolgen kan hebben voor de weerbaarheid van het kind.

Kinderen die minder weerbaar zijn, hebben soms moeite om goed aansluiting te vinden bij leeftijdgenoten. Ze vragen bijvoorbeeld voortdurend of ze mee mogen doen, terwijl de situatie ze alle mogelijkheid biedt om gewoon mee te doen. Ook in hun houding zien we dat ze weinig ontspannen zijn en ze vermijden vaak oogcontact.
Kinderen die weinig weerbaar zijn hebben er ook moeite mee een eigen mening te hebben, gevoelens te uiten en vinden het moeilijk om ‘nee’ te zeggen uit angst af gewezen te worden. Niet-weerbare kinderen kunnen hierdoor soms ook ‘meelopers’ worden.

Lees meer over het vergroten va het zelfvertrouwen van kinderen

Weerbaarheid van kinderen vergroten

Weerbaarheid vergroten door ze zelf hun problemen te laten oplossen. Het zelf oplossen is goed voor het zelfvertrouwen van een kind en daarmee ook zijn weerbaarheid.

Het goede voorbeeld geven om de weerbaarheid van kinderen te vergroten.  Geeft het goede voorbeeld, laat zien hoe je problemen op een goede manier oplost. Daarnaast is het heel belangrijk dat het kind steeds meer de kans krijgt zelf problemen op te lossen.
Door samen over het probleem te praten en oplossingen te verzinnen kan een kind op weg geholpen worden wanneer het er in eerste instantie niet in slaagt een probleem op te lossen. Ook van belang hierbij is dat het kind de kans krijgt zijn eigen fouten te maken en deze ook weer te herstellen. Al moet er wel voor gewaakt worden dat een kind het gevoel krijgt dat het eigenlijk zelf alle situaties moet oplossen. Een kind moet weten dat hulp vragen altijd toegestaan is en ook een vorm van een probleem zelf oplossen kan zijn.

Weerbaarheid van kinderen vergroten door ze om te leren gaan met frustraties. Het is goed als een kind leert omgaan met frustraties. Het is dan ook niet verkeerd wanneer een kind ook af en toe geconfronteerd worden met dingen die mis lopen, anders gaan dan een kind verwacht. Een weerbaar kind heeft een zekere frustratietolerantie, hij kan er mee omgaan wanneer iets tegen zit.

Kinderen met een growth mindset – en volwassenen trouwens ook – zijn een stuk gelukkiger, ontspannen en daarmee weerbaarder!  

Weerbaarheid

Concentratie problemen anders bekeken!

Concentratie problemen anders bekeken!

Kinderen kunnen zich soms moeilijk concentreren op iets wat ze moeilijk vinden of ze zijn snel afgeleid.  Er kunnen veel redenen zijn waarom concentreren even niet lukt. Maar wat nou als concentratie problemen van een kind eigenlijk motivatie problemen zijn.

Motivatie

Alle leerkrachten weten dat wanneer een kind niet gemotiveerd is, dat het lastig aan het werk te krijgen is. Zeker als het een kind is dat het nut niet inziet van dat wat het moet doen, want eigenlijk heeft dat, alles te maken met, niet je aandacht kunnen richten, op. Het boeit niet, het leeft niet in het kind zelf en er staat niets tegenover.

Het braaf meedoen omdat het van je wordt verwacht gaat tegen de innerlijke behoefte in van het kind.
Kinderen willen wel leren, maar wat en hoe ze moeten leren is vaak niet een uitnodiging.
Iets wat eerst heel leuk was omdat het nieuw was,verliest zijn waarde omdat het is geleerd, toch moeten kinderen het vaak blijven herhalen zodat het blijft hangen. En daar beginnen de “concentratie” problemen.

Er zijn kinderen die uren achter de computer geconcentreerd bezig kunnen zijn, uit zichzelf allerlei informatie opzoeken omdat ze iets willen weten en op school problemen hebben met zich kunnen concentreren. Maar je hebt een concentratie probleem of je hebt het niet, wanneer je het in de ene situatie wel hebt in de andere niet, kun je dan spreken van dit probleem ?

Of is het de tijd dat we ons onderwijs eens opnieuw gaan bekijken? Wat nou als we de motivatie eens onder
de loep zouden nemen ? Hoe en waarom raken kinderen gemotiveerd ? Wanneer is de concentratie er wel en wanneer niet?

Intrinsieke motivatie

Intrinsieke motivatie is een gevoel van willen weten, willen leren, enthousiast zijn om iets te doen en er net zo lang mee door te gaan totdat het is gelukt.
Het is een motor met vele mogelijkheden en komt uit het kind zelf. Iedereen kan dat ervaren. En het brengt als vanzelf concentratie met zich mee.

De opmerking van de jongen naar zijn moeder, over dat hij ook 5 dagen naar zijn werk gaat, bracht bij mij de vraag: Waarom doen we dat eigenlijk ?
En vervolgens realiseerde ik mij dat de meeste volwassenen klaar zijn met hun werk als ze naar huis gaan, maar onze kinderen moeten vaak ook thuis nog even doorwerken in de vorm van huiswerk. Bijzonder toch?

We plakken de sticker op het kind: concentratie problemen, snel afgeleid, slechte werkhouding in de klas en leggen zo het probleem bij het kind.

Ik zou leerkrachten willen vragen op zoek te gaan naar andere werkvormen. Door leerlingen meer te betrekken en te vragen wat ze zouden willen leren. Momenten in de week aanbieden waarop een kind zelf opzoek mag gaan naar dat wat hij wil leren.

Mijn ervaring is dat juist de kinderen die niet geconcentreerd kunnen werken dan ineens veranderen in enthousiaste leerlingen, die van alles in elkaar zetten en opzoeken.
Die niet willen stoppen omdat de bel zo gaat.
De andere kant is ook waar, het anders zo geconcentreerde kind kan zijn draai niet vinden in deze vrijheid omdat het geen specifieke opdracht krijgt en het ineens allemaal zelf moet bedenken.

Deze voedingsstoffen dragen bij aan een betere concentratie

Door Anniek Oosting van lichtflits

Hooggevoeligheid bespreken met de leerkracht.

Hooggevoeligheid bespreken met de leerkracht.

Als jou kind erg gevoelig is. Niet goed tegen lawaai en drukte kan dit heel vervelend zijn op school. Helaas kun je er niet altijd vanuit gaan dat de leerkracht op school weet wat dit inhoudt. Hoe maak je dit bespreekbaar en zorg je ervoor dat een leerkracht begrijpt wat hooggevoeligheid is?

Op school raakt een hooggevoelig kind eerder overprikkeld dan andere kinderen. Een kind krijgt op school veel prikkels binnen. Innerlijk ervaart een kind dit als spanning. Die spanning kan een kind uiten door te gaan huilen, angstig te worden, door zich terug te trekken of druk te worden. Begrip en goede begeleiding van de leerkracht zijn essentieel om een hooggevoelig kind te helpen op school. Tips om hooggevoeligheid te bespreken op school.

Hoe kun je voorkomen dat een kind overprikkeld raakt in de klas?

  1. Inrichting van het klaslokaal:
    Hooggevoelige kinderen nemen vaak veel waar. Een druk ingericht klaslokaal waar iedere centimeter iets te zien is, voelt niet prettig.
  2. Plek in de klas:
    Zet een hooggevoelig kind niet vooraan of midden in de klas, het kind zal veel achterom kijken, om niets te hoeven missen van wat achter hem gebeurt. Een plek aan de rand van de groep biedt de mogelijkheid alles te overzien.
  3. Filter prikkels:
    Geluiden zijn prikkels die je grotendeels buiten kunt sluiten door een kind gehoorbeschermers te geven voor in de klas. Dit gebeurt al regelmatig op scholen. Een kind kan deze opzetten als hij zich moet concentreren of wanneer hij wil ontspannen door zich even af te sluiten.
  4. Aangesproken worden in de klas:
    Veel hooggevoelige kinderen ervaren hun leerkracht als streng. Dit kan komen door het volume van de stem. Vertel de leerkracht dat je kind snel schrikt van een verheven stem en daarom bang kan worden voor de reactie van docent. Vertel dat het goed werkt als je kind wordt aangesproken als er oogcontact wordt gemaakt en er rustig en langzaam wordt gesproken. Eerst glimlachen doet ook vaak wonderen!
  5. Verbonden voelen:
    Een hooggevoelig kind heeft, meer dan andere kinderen, behoefte aan het voelen van verbinding, zeker met een leerkracht die een kind vele uren per week meemaakt. Verbinding stelt een kind gerust en daarmee ontspant een kind. De leerkracht kan op allerlei simpele manieren even verbinding maken met een kind. Een aai over de bol, een glimlach, oogcontact, iets liefs zeggen of even naast het kind gaan zitten.
  6. Structuur bieden:
    Plotselinge of onaangekondigde veranderingen geven een hooggevoelig kind vaak veel stress. Het is een direct gevolg van het feit dat een kind meer zintuiglijk waarneemt dan andere kinderen. Er komt van alles tegelijkertijd binnen, teveel en dan ontstaat er stress. Een hooggevoelig kind is dus gebaat bij een leerkracht die veranderingen in de klas of uitjes van tevoren duidelijk bespreekt. Vertel de leerkracht ook dat je kind deze uitleg nodig heeft om te voorkomen dat hij overprikkeld raakt op het moment zelf.
  7. Zorg voor ontspanning:
    Om prikkels te kunnen verwerken, heeft een kind rust en ontspanning nodig. Als een kind overprikkeld raakt, lukt het ook niet meer goed om informatie op te nemen. Bespreek de mogelijkheden om vaste momenten van ontspanning in te bouwen.

Heb jij nog meer tips over hooggevoeligheid? Laat het ons weten.

Hoe herken je faalangst bij kinderen?

Hoe herken je faalangst bij kinderen?

Eén op de tien kinderen heeft last van faalangst! Faalangst bij kinderen is de angst om bij een taak te mislukken. Faalangst ontstaat in situaties waarin een kind door iemand beoordeeld wordt of denkt te worden.
Als hij hetzelfde klusje in zijn eentje doet (zonder publiek), is er vaak niets aan de hand. Kinderen met faalangst zijn bang dat ze door een slechte prestatie de waardering van hun ouders, klasgenoten en leerkrachten verliezen. Ze blokkeren, haken af, gaan nieuwe uitdagingen uit de weg of werken zo hard dat ze zelden nog ontspannen zijn.

Er zijn verschillende soorten faalangst te onderscheiden:

  1. Cognitieve faalangst (En net wist ik het allemaal nog…..)
    Deze angst heeft te maken heeft met het leren. Cognitieve faalangst komt voornamelijk voort uit taakopdrachten, die te maken hebben met het schoolse leren. Het gaat hierbij om het oppakken van nieuwe leerstof of het toetsen van stof.
  2. Sociale faalangst (Wat zullen zij wel niet van mij denken….)
    Is een angst, die een kind ervaart voor een bepaalde sociale taak staan, zoals de omgang met andere kinderen of docenten.
  3. Motorische faalangst (Op zulke momenten ben ik als ‘verlamd’ …..)
    Deze angst heeft te maken heeft met het gebruiken van je lijf (vooral bij gym). De angst om te mislukken zorgt voor een verkrampte houding waardoor een kind dingen niet meer kan.

Herkenning van faalangst bij kinderen

Faalangst herkennen is moeilijk. Kinderen kunnen hun angst goed verbergen door bijvoorbeeld stoer of clownesk gedrag. Door te praten over dit gedrag kun je er achter komen of er faalangst achter zit.
Veel voorkomende uitingen van faalangst zijn:

  • Clownesk gedrag: met grappen en grollen proberen deze kinderen hun faalangst te verbergen. Dat dit voor anderen af en toe vervelend is, nemen ze op de koop toe.
  • Stil, teruggetrokken gedrag: deze kinderen zijn heel gesloten en kunnen zich Vaak moeilijk uitdrukken.
  • Apathisch en droevig gedrag: deze faalangstige kinderen geven toe aan hun lage zelfbeeld. Als ze geen hulp krijgen bij hun taak, vervallen ze in een apathische en droevige houding.
  • Lichamelijke klachten: deze kinderen krijgen vaak hoofdpijn, maag- of darmklachten (diarree/braken), hartkloppingen of zweten.

Lees meer over wat je als ouder van faalangst moet weten

Tips voor faalangst bij kinderen:

  • Laat zien dat ze niet de enige zijn die last hebben van faalangst en dat dat niet erg is. Het is belangrijk om het niet af te doen als iets geks of abnormaals.
  • Een kind met faalangst ziet nieuwe dingen vaak iets bedreigends. Het kan hierbij helpen veranderingen of nieuwe dingen geleidelijk aan op te pakken.
  • Geef het goede voorbeeld: vertel dat jij ook fouten maakt.
  • Zoek evenwicht tussen negatieve en positieve reacties. Faal angstige kinderen hebben vaak alleen maar aandacht voor negatieve opmerkingen over hun gedrag. Dus geef zoveel mogelijk positieve reactie of een complimenten
  • Waardeer niet alleen de prestaties, maar vooral de inspanningen van een kind; hard werken voor een zes is lovenswaardiger dan op je sloffen een acht halen.
  • Niemand is perfect. Laat voelen dat een kind fouten mag maken, ook thuis.
  • Laat een kind veel taakjes uitvoeren die het aankan (torens bouwen, boterhammen smeren) en geef positieve reacties. Succes helpt hen geloven in zichzelf.
  • Stem je verwachtingen af op de capaciteiten van een kind. Wie voortdurend boven zijn mogelijkheden moet presteren en daarom faalt, raakt gedemotiveerd.
  • Los vragen en problemen van een kind niet meteen zelf op. Leer een kind vooral hoe het zijn probleem zelf kan oplossen.
  • Vergelijk de prestaties van een kind niet met dat van broers of andere kinderen.
  • Zorg voor een goede inspanning-ontspanning-balans.
  • Vermijd een te competitieve sport.

Waarom hebben beelddenkers sneller last van faalangst?

Overprikkeld op school!

Overprikkeld op school!

Je kind komt steeds vaker boos, verdrietig of moe uit school. Je vraagt hoe het was op school en krijgt als antwoord: saai of stom. De resultaten van je kind vallen wat tegen en hij vertoont teruggetrokken of juist explosief gedrag. Mogelijk is een kind overprikkeld!

Wat is er aan de hand? Mogelijk is je kind in meer of mindere mate hooggevoelig.  Hooggevoelige kinderen horen, zien en voelen veel meer dan andere kinderen. Ze denken hier diep en associërend over na, beleven  indrukken zeer intens. Daarnaast hebben ze een voorkeur voor visuele informatieverwerking.  Veel van deze kinderen worden vaak onterecht gediagnosticeerd met gedragsstoornissen als AD(H)D en PDD-Nos.

Hooggevoelige kinderen staan op school vaak onder druk. Het is rumoerig in de klas en er gebeurt van alles. Deze prikkels komen allemaal binnen en ze hebben geen idee hoe ze de vele prikkels kunnen filteren. Met als gevolg dat een kind overprikkeld raakt. Daarnaast worden er van een kind ook bepaalde resultaten verwacht.

Tips om een overprikkeld kinderen te helpen:

  1. Zorg ervoor dat een kind een eigen veilige omgeving heeft waarin het zich kan terugtrekken. Een plek waar hij in alle rust kan bijkomen en alle emoties onbeperkt tot uiting kunnen komen. Laat een kind ook echt even met rust. De grootste spanning wordt zo minder en een kind is daarna beter in staat om zijn gevoelens onder worden te brengen.
  2. Wordt niet boos, een kind raakt hierdoor nog meer van streek. Met als mogelijk gevolg dat een kind zich nog meer gaat afsluiten en je er nog moeilijker achter komt wat er in hem omgaat.
  3. Wees begripvol. Haal ervaringen van jezelf erbij om op die manier duidelijk te maken dat jij daar ook mee hebt gezeten en dat je die situatie ook heel moeilijk vond. Kinderen zijn vaak heel verbaasd dat jij dit ook hebt mee gemaakt. Veelal maakt dit het makkelijker voor een kind om te praten over wat hij voelt. De tips die je vervolgens geeft komen nu beter binnen.
  4. Praat met de leerkracht om zo de juiste basisvoorwaarde in de klas te kunnen creëren, bijvoorbeeld juiste plek in de klas, extra ontspanningsmoment. Een (hooggevoelig) kind dat zich veilig en op zijn plekt voelt durft zichzelf te zijn en zijn talent te uiten en zal over het algemeen minder “probleem” gedrag vertonen.
  5. Praat met een kind. Ga aan het eind van de dag even bij een kind in bed liggen en vraag naar de leuke en minder leuke dingen van die er die dag. Hierdoor kun je uitbarstingen door opgekropte frustraties en emoties een stapje voor zijn.

Meer tips om hooggevoelige kinderen te helpen

Overprikkeld

De motivatie en concentratie verhogen van je kind, hoe doe je dat?

De motivatie en concentratie verhogen van je kind, hoe doe je dat?

De hele dag gemotiveerd en geconcentreerd bezig zijn kan soms nog wel eens lastig zijn voor kinderen. Deze tips kunnen je daarbij helpen.

Concentratie en motivatie hangen sterk met elkaar samen. Iets doen wat je leuk vindt vraagt veel minder, of bijna géén, overredingskracht om gefocust te kunnen blijven. Als de motivatie ontbreekt is concerteren veel lastiger. 

Concentratie verhogen 

1. Prikkelarme omgeving

Het klinkt logisch maar verwijder alles wat af kan leiden. Voor kinderen met (tijdelijke) concentratieproblemen geldt, hoe minder afleiding hoe beter. Zorg daarom zoveel mogelijk voor een prikkelarme omgeving. Dit betekent een opgeruimde werkplek met zo min mogelijk onnodige spullen in het zicht.

Zorg er ook voor dat het zo rustig mogelijk is. Als je meerdere kinderen hebt is dat vaak lastig. Het kan dan helpen om ze verder uit elkaar te zetten. 

Wat helpt bij concentratie problemen

2. Concentratie verhogen door rust

Als kinderen oud genoeg zijn om zelfstandig te werken, laat ze dan alleen op een rustige plek werken. Een stille ruimte zal veelal de concentratie goed doen. Als ze op hun slaapkamer zitten, zorg dan dat deze opgeruimd is zodat ze niet worden afgeleid door speelgoed of andere spullen 

Een voordeel van een eigen ruimte is dat ze niet worden afgeleid door huisgenoten die langs lopen of even pauze houden.

3. Koptelefoon

In een huis vol mensen is het nooit écht stil. Als een kind snel is afgeleid door geluiden kan een koptelefoon uitkomst bieden. Dit kan een gehoorbeschermer zijn of een koptelefoon, bij voorkeur met noise cancelling. Een koptelefoon bied ook uitkomst als een kind zich juist beter concentreert met muziek, omdat hij juist een hoge drempelwaarde heeft

Lees meer over drempelwaarde en concentratie

4. Inspannen en ontspanning

Geen enkel kind houdt het vol om uren achter elkaar geconcentreerd te werken. Zorg voor een afwisseling in denk en doe-taken. Wanneer je zorgt voor een afwisseling in die twee taken, zul je zien dat een kind zijn  concentratie en focus langer vast kan houden. Zorg ook voor voldoende ontspanning door op gezette tijden pauze momenten in te lassen.

Kinderen en tieners kunnen zich gemiddeld 20 tot 30 minuten echt concentreren. Het werkt het beste als het thuislesschema daar op aangepast wordt. Zet eventueel een timer en spreek af dat een kind tot die tijd met een bepaalde opdracht of vak bezig moet zijn.  Zorg tijdens de pauze dat een kind ook echt even van zijn werkplek op staat om buiten te spelen of fruit te eten op een andere plek. Voorkom dat er gegamed wordt op dezelfde plek.

5. Concentratie verhogen door bewegen en frisse lucht

Bewegen heeft een positieve invloed op de concentratie van kinderen.  Tussen het werken door is het dus goed om even te bewegen. Dit kan een wandeling zijn, maar ook een dansje door de kamer is goed en gezellig om te doen. Op school gaan de kinderen in de pauze ook naar buiten, dus probeer dit er thuis ook in te houden (of weer in te krijgen). 

6. Contact met vriendjes

Last but not least, zorg dat  kinderen contact houden met hun klasgenoten. Vaak wordt dit ook vanuit school gearrangeerd, en worden er groepjes gemaakt die via een google meet of teams samen werken. Maar ook samen thuiswerken (op gezette tijden) met een facetime of zoom verbinding, kan motiverend werken. 

Lees meer over voedingstoffen die van grote invloed zijn op het concentratie vermogen