Blogs
Mijn kleindochters komen een nachtje slapen. Op een doordeweekse avond, met nog één schooldag te gaan. De kleinste gaat als eerste naar boven en weet zich verzekerd van een grote groep oude bekenden die daar op haar wachten. Ze heeft een deel van haar immense collectie knuffels van thuis naar haar kamer bij oma verhuisd. Die kamer is klein en ze deelt hem met haar grote zus, dus het is daar nu erg vol. Maar goed, na de update van babykamer naar tiener lounge die we onlangs doorvoerde is er ruimte gekomen en die mag worden gebruikt. Ze ligt tevreden tussen alle pluisvrienden en is zelfs van mening dat ons hondenkind, een bijna volgroeide Barbet van 33 kg, er ook nog wel bij kan. Laat de deur maar open oma, dan komt ie bij me slapen……
Daar hebben ze allebei het geduld niet voor, weet ik, maar daar komen ze nog wel achter.
Weer beneden zit de oudste inmiddels in pyjama op de bank onder ons dekentje. Ze weet dat er om deze tijd niet meer te onderhandelen is over Disneyfilms of talentenjachten, dus kijkt ze mee met opa. Die heeft, in een poging om haar wat tegemoet te komen, een kampeerprogramma van omroep Max opgezet. Gezellige ouderen die, niet bepaalt het schijnende beeld van de tekorten van Henk Krol weerspiegelend, in luxe caravans en campers over de wereld trekken, dit jaar in Griekenland. Mijn kleindochter heeft een beeld van ouderen. Ze ziet thuis het verschil tussen een ‘jonge’ oma en een opa met de leeftijd die je van hem verwacht. En nu is Oop nog een heel kwieke zeventiger die nog dagelijks hard werkt en midden in de maatschappij staat, dus voorwaar geen slecht voorbeeld. Maar toch, hij maakt geen bommetje meer…als je snapt wat ik bedoel.
Als ik aanschuif onder het dekentje volgt een klein moment van vertrouwelijkheid. Hoe laat ga je slapen, vraag ik haar. Tien uur, zegt ze zacht, gevolgd door een vragend: halfelf? Weet je wat, stel ik voor, ik laat nog even de hond uit en dan gaan we samen naar boven (dan komen we ongeveer in het midden uit). OK, zegt ze, dan kijk ik dit nog even. Ik sta op en ga jas en schoenen halen. Als ik terug de kamer in kom zie ik haar verbijsterde blik naar de TV. Jeeeetje oma, kijk nou wat die oudjes nog kunnen….Ik kijk mee en zie een gebruinde oma….een bommetje maken! Achter haar wordt wild in het zwembad geplonsd door uitsluitend ouderen, vanaf de kant toegeschreeuwd door leeftijdgenoten. Het doet niet onder voor het zwembad in de zomer als ik met de meiden ga zwemmen. Oop kijkt haar vanuit zijn stoel triomfantelijk aan. Jaaa, daar kijk je van op he, pest hij haar. We werpen hem samen een vragende blik toe……dat bommetje gaat ie niet maken, weten we allebei. Maar het is waar, die oudjes kunnen wat!!
Blogs
In de week tussen kerst en nieuwjaar hebben mijn oudste kleindochter en ik een date. We gaan shoppen. Shoppen met de oma’s is inmiddels een fenomeen, alleen dit keer gaat er maar een oma mee. Puur praktisch, het is druk in de stad, we hebben een missie die veel zoekwerk vereist en de andere oma is wat minder mobiel.
Het is bitterkoud en dus tuig ik haar eerst wat beter op. Haar hippe gympjes die naast een bekent merk vooral veel blote enkel laten zien vervang ik, met haar goedvinden, door mijn ook zeer modische maar bovenal warme bont gevoerde sneeuwlaarzen. Met een zwarte muts met glittertjes, een hele bonte grove sjaal en blauwe handschoenen in een van de kleuren uit die sjaal maken we de styling af. Alles past bij elkaar, is hip en lekker warm. Helemaal oma, en ook helemaal mijn meisje. Ook ik pak me goed in met matching sjaal, muts en handschoenen en samen trekken we erop uit. Vanuit een centraal gelegen garage waar we de auto parkeren kunnen we alle klanten op.
Onze missie: schoenen.
Mijn specialiteit! Ik heb er veel, net als laarzen, slippers, niemendalletjes waar je niet op kunt lopen, noem maar op. In de loop der jaren heb ik geleerd waar de prioriteiten voor mij liggen. Het merk is daarbij voor mij niet belangrijk. Hoe anders is dat als je bijna 13 bent! We starten aan het begin van de winkelstraat en kammen zorgvuldig alle schoenenwinkels uit. Ik ken de mooie winkels met de goede kwaliteit. Uitverkoop moet dat moois haalbaar maken, dus we kijken kritisch rond. ‘Deze zijn te deftig’ zegt ze bij mijn hofleverancier. ‘Deze zijn alleen voor feestjes’, zeggen we allebei bij de mooie maar ondraagbare felgekleurde stiletto’s van Sascha. Wat wij zoeken is een stevige stapper. Een soort bergschoen, maar dan hip. Van een bepaald merk, legt ze mij uit. ‘Maar die zijn heel duur oma. Ik mag meestal kiezen tot….’ ze noemt een bedrag en ik begrijp die begrenzing maar al te goed. Mama heeft twee van die schatten aan te kleden, en dat kan niet voor de hoofdprijs, dan moet je keuzes maken en heel goed zoeken. In veel winkels zien we schoenen die best een eindje in de buurt komen. Ik dring niet aan, maar deze exemplaren zijn wel heel betaalbaar. Dat boren we olie aan: DE schoen wordt gevonden. Ik begrijp de paniek, dit is een pittige investering. We zoeken verder en vinden meer zaken die ‘hem’ hebben. Via allerlei verschillende constructies en kortingen komen ze allemaal op hetzelfde bedrag uit. Daar is dus niets meer te winnen. Mijn meisje blijft moedig, maar met moeite. Haar inschatting is dat dit geen haalbare kaart is en ze gaat me dat ook zeker niet kwalijk nemen. Ik heb stilletjes inmiddels al besloten dat we het gewoon gaan doen. Wat kan het me schelen, haar blij maken is toch het leukste wat er is, zeker als ze er niet om zeurt of smeekt, maar lief en vol compassie rond winkelt.
We gaan terug naar de zaak waar ze de schoen in de juiste kleur hebben en het showmodel blijkt ook nog onze maat (we hebben dezelfde!!). Ze past de rechter en ik ga bij de verkoopster vragen om de linker. Wilt u nog passen vraagt ze. Nee, antwoord ik, maar zij wel, en wijs mijn kleindochter aan. Oh, ze zijn voor uw dochter! We grijnzen allebei. Dit is al twaalf jaar ons lolletje, en meestal laten we het zo. Even later verlaten we de winkel met een tas vol goud (in de vorm van DE schoenen) en een stevig onderhoudsadvies. We slagen nog voor een leuke bloes en een warme trui, daarna is ze moe en voldaan en gaan we aan de warme chocolademelk met een dramatisch groot stuk chocoladetaart. Tja, wat kan ik zeggen, schoenen en chocolade, we blijven meisjes….
Blogs
De Sint is vertrokken, bijna geruisloos. Al ver voor zijn aantocht hebben we, mijn jongste kleindochter en ik, kerstfiguurtjes gemaakt van klei. Nu hij vertrokken is en de focus direct en volledig verschuift naar kerstman en kerstboom, moeten de spullen worden afgebakken en afgewerkt. Liefst geglazuurd, want dat is het mooiste. Maar aangezien we daarvoor een oven vol producten moeten verzamelen om een rendabel bak moment te hebben, richten we ons eerst op andere kerstproducties. Zoals het maken van de kadootjes voor het projectkoor van overgroot oma, die dit jaar een Festival of Lessons and Carols uitvoeren in twee kerken in onze woonplaats.
Mijn kleindochter is het hele weekend paraat om hand en spandiensten te verlenen. Het is een hele taak voor haar, we vertrekken vroeg in de middag, halen zangers en zangeressen op, slepen met bloemen en helpen met het opstellen van het koor. Het is een lang programma, eerst inzingen, dan koffie en dan het concert. Ik bied haar aan om opa te bellen om haar tussentijds op te halen omdat het anders te lang gaat duren en ze twijfelt. Ik kijk nog even oma, ik wil eigenlijk graag nog iets doen.
Dan schieten me de programmaboekjes bij de ingang van de kerk te binnen. We lopen samen naar achteren en verzamelen alle stapeltjes. Ze gaat, in haar prachtige kerstoutfit compleet met kerstroos in het haar, bij de ingang van de kerk staan en begroet de binnenkomende kerkgangers. Met een kleine buiging overhandigd ze iedereen een programma en wijst ze wisselende gangpaden aan. Intussen is de organist gaan spelen en loopt de kerk vol. Als het koor zingend in processie de kerk binnenkomt schuift ze naast mij aan in de voorste bank.
Uit volle borst zingt ze mee, een soort van Engels, haar versie van Once in royal Davids City. Ze bladert door het boekje en wijst de samenzang voor me aan. Ik fluister in haar oor of ik opa nog zal bellen. ‘Ik blijf’, fluistert ze zacht terug, en daarna, ‘nu komt deze oma, die is ook zo mooi…’ en we vangen samen het volgende lied aan.
Na de laatste samenzang heeft ze nog een steroptreden, dan mag ze bloemen geven aan de dirigent, de organist en alle violisten. Dat doet ze prachtig en plechtig. Dan zijn we klaar en gaan we rap op huis aan. Want, hoe prachtig de voorstelling ook was, als we snel zijn kan ze nog een stukje tv-kantine zien!
Blogs
Mijn kleindochters va 12 en bijna 9 melden zich op zaterdagmiddag voor een nacht je slapen bij oma. Nadat alle knuffels en berengarderobe op hun kamer zijn uitgestald komt de oudste in de keuken om me te helpen met de pannenkoeken. Ik heb de vaart er lekker in en bak het liefste zelf even door, dus kijkt ze wat ze verder nog kan doen. Op het aanrecht staat mijn laptop met een geopend Weight Watchers account. Oma probeert de vakantiekilo’s weer eens te bestrijden. ‘Wat wil je gaan eten oma, dan zoek ik het voor je op’ zegt ze en ze navigeert handig door mijn dagboekje. ‘Kaaspannenkoek’ mompel ik en ze gaat aan de slag. ‘Die staat er niet in. Zal ik dan een gewone pannenkoek doen en de kaas apart?’ We komen uit op twee middelgrote pannenkoeken en een plak 20+ kaas. Daar kan ik mee leven. ‘Kijk ook nog even wat een klein bakje volle yoghurt me aan punten kost’ vraag ik haar. Ik heb mijn favoriete stracciatella yoghurt in huis en als ik daar een klein beetje van mag hebben ben ik al heel happy. Vier punten, dus dat gaat lukken. ‘Dan heb je er nog vier over voor een wijntje vanavond’, zegt ze tevreden. Dat is samen pannenkoeken bakken 2.0! Geen geklieder met beslag op mijn fornuis, maar high Tech ondersteuning bij het samenstellen van het menu.
Aan tafel snijd ik behoedzaam het magere 20+ plakje doormidden. Ik geef toe, het is niet de ultieme kaaspannenkoek, maar een prima compromis op weg naar een slankere oma. Opa kijkt bedenkelijk. ‘Dat je die rommel kunt eten, daar zit totaal geen smaak aan’, zegt hij misprijzend. Mijn keukenhulp kijkt boos naar hem op. ‘Opa, iedereen heeft een andere smaak, daar kun je niks van zeggen, als oma het wel lust is het toch goed?’ Wouw, wat een support. ‘Heb jij soms bijdehandjes gegeten?’ vraagt opa plagerig. Haar antwoord is onbewust scherp: ‘Nee opa, die vind ik dan weer niet zo lekker’. En ze strooit onbezorgd een grote berg poedersuiker op haar pannenkoek.
Na het eten is er de gebruikelijke worsteling van mijn meiden om de toch best wel grote bank eerlijk te verdelen over twee gebieden waar ze allebei kunnen liggen. Wat niet lukt, zoals altijd. Maar ik heb gelukkig een oplossing die altijd werkt. Ik ga voor de bank staan en de strijdende partijen splijten uiteen als de zee in een bijbels verhaal. Oma neemt stelling in het midden van de bank en de dames krullen er tevreden omheen. Met volle en minder volle buikjes, maar allemaal heel tevreden.
Blogs
In mijn jonge jaren heb ik flink geworsteld met het ongewenst kinderloos zijn. Gelukkig is dat gezakt en verdwenen en heb ik mijn rol gevonden. Als oma koester ik de momenten dat ik ’ze heb’ en, minstens zo zeer, de momenten dat ik ze weer even in kan leveren. Om bij te tanken en ook om na te denken over alles wat ik met mijn kleindochters meemaak. Oma zonder vooropleiding betekent een onbevangen aanpak, maar ook een gebrek aan referentie uit eerdere opvoedingen. Als ik daar kritisch naar kijk dan moet ik bekennen dat we in deze rolverdeling elkaar een beetje opvoeden. Ze leren van mij en ik leer van hen. In de basis ben ik streng, of in ieder geval duidelijk. Ik wil ze graag dingen meegeven, maar het ook leuk hebben met elkaar. Binnen de grenzen die voor ons allemaal prettig zijn. Zo kijken ze niet al te veel televisie met ’stemmetjes’, omdat oma daar gek van wordt, en laat ik zo af en toe een goed beargumenteerd maar mij niet passend plan toch doorgang vinden. Omdat ze het zo slim hebben aangepakt.
Als na een week hard werken mijn hoofd al helemaal uitgewoond is en er dan op vrijdagmiddag ook nog een overdosis kinderlogica in uitgestort wordt, dat schiet ik wel eens uit mijn slof. Dan is de rek er uit. Dan ben ik geen lieve oma, maar een chagrijnig kreng. Mijn jongste kon dan in hartverscheurend huilen uitbarsten. Tegenwoordig houdt ze het wel droog, maar trekt zich stilletjes terug in haar kamen. En weet je wat, dan breekt er bij mij –gelukkig- ook iets. Dat kan ik niet aanzien. Dan maak ik excuus. Kamerbreed. Uitvoerig. Wat ze in een heerlijke allesomvattende knuffel accepteert. We doen dan ons riedeltje ‘ik hou van jou’ in vier talen en we eten iets lekkers ter bezegeling van de vrede. Je zou kunnen zeggen, dat is voor de bühne, maar nee. Ook zij denkt daar later over na en leert er iets van. Als ik de week er na om 12 uur bij het schoolplein sta om haar op te halen hebben we de afspraak dat er deze keer niemand mee gaat, want oma heeft het heel druk gehad. Daar komt ze aan, met een grote smile en een hartsvriendin in haar kielzog. ‘Oma, je weet dat ik het heel fijn vind dat jij ondanks je harde werk zoveel tijd voor mij maakt (8 jaar is deze politicus!!) en daarom heb ik een verrassing voor je: Ik ga bij mijn vriendinnetje spelen want we vieren de verjaardag van haar beer, en jij mag mee!’ Een geweldig plan, wat ik helaas moet afwijzen, want het vriendinnetje heeft thuis twee poezen kinders en ik sta daar met mijn uit de kluiten gewassen hondenbaby. Geen goede combi, zo vreest ook de mama van het kindje in kwestie. Maar wat een talent, ik moet haar deze overwinning gunnen. En wil natuurlijk ook het berenpartijtje niet verpesten. Dus spreken we af dat ze een paar uurtjes alleen gaat en ik haar dan kom halen. Ik haal dan eerst de oudste op van school en daarna deze feestganger. Thuis zoekt de oudste een leuke Netflix op, iets zonder stemmetjes (voor oma) en met een Nederlands gesproken tekst (voor haar kleine zus). En nee, ik hoor je denken, zo vredig gaat het zeker niet altijd. Maar vandaag even wel!